Home > Kennisbank​​​​

De gele rozenluis komt over het algemeen voor op roos en aardbei in bedekte telen. In een kas plant hij zich ongeslachtelijk voort, waarbij de vrouwtjes nieuwe generaties met vrouwtjes voortbrengen. 

De gele rozenluis is een kleine luis van ongeveer 2,5 mm lang met een geel of donkergroen lichaam en een bruingele kop. De sifonen zijn lang met een donker uiteinde, de antennes zijn langer dan het lichaam. De luis zit voornamelijk in jonge scheuten en onderop de bloemknoppen in roos. Gele rozenluis is een plaag die veel voorkomt in de bedekte aardbeienteelt en rozenteelt.

De gele rozenluis verricht schade aan zowel de plant als de vruchten. Rhodobium porosum neemt veel plantsappen op om voldoende eiwitten binnen te krijgen van de plant. Het overschot van suiker wordt door de bladluizen in de vorm van honingdauw uitgescheiden. Door honingdauw kunnen de vruchten plakkerig en vervuild worden. De roetdauwschimmel groeit op de honingdauw, waardoor het gewas en de vrucht zwart wordt.

Je kunt de gele rozenluis bestrijden met natuurlijke vijanden. Er zijn vijf effectieve bestrijders: 

• Adalia bipunctata: Deze roofkevers worden geleverd onder de naam ADALIAcontrol en zijn verpakt met een inhoud van 50 adulten. Deze zet je midden in bladluishaarden uit. Een volwassen Adalia bipunctata legt ongeveer 20 tot 50 eieren per dag. Als de larve uit het ei komt, gaat hij gelijk op zoek naar bladluizen of andere plaagdieren.
• Propylea quatuordecimpunctata: Deze lieveheersbeestjes zijn zeer vraatzuchtig en eten de gehele bladluis op. Ze kunnen zich lang in de kas handhaven.
• Chrysoperla acarnea: De larven van de gaasvlieg zijn erg vraatzuchtig en daardoor een goede bestrijder van bladluis en gele rozenluis. 
• Aphidius colemani: Strooi het materiaal met de mummies, na het openen van de fles, uit over de voor de zon beschutte en droge plekken.
• Aphidoletes aphidimyza: Belangrijk is om voldoende Aphidoletes uit te zetten op het moment dat er bladluis geconstateerd wordt. Aphidoletes wordt geleverd als poppen in een draagstof. Verdeel het materiaal in hoopjes op het substraat of strooi het uit in emmertjes met vochtig zand.

Staat je antwoord er niet bij? Vul het contactformulier in en Kees Kouwenhoven neemt contact met je op. Op werkdagen zelfs binnen 24 uur.