Home ​​​​>​​​​ Knowledge Center​​​​

Amblyseius andersoni is een roofmijt en staat bekend als een effectieve bestrijder van veel mijtsoorten. Naast de bovenstaande plagen, voedt de roofmijt zichzelf metstuifmeel. Dit heeft als voordeel dat de Amblyseius andersoni kan overleven zonder prooi. Dat is ook de reden waarom deze roofmijt vaak preventief wordt ingezet.   
Amblyseius andersoni kan in alle gewassen jaarrond worden ingezet. 

Je kunt Amblyseius andersoni herkennen aan het druppelvormige lichaam met beige kleur. Vanaf het protonimf stadium heeft de roofmijt 8 poten. De kleur hangt af van wat de roofmijt eet. Een volwassen roofmijt is ongeveer 0,5-1 mm groot. Een volwassen vrouwtjes legt tijdens haar leven 30 tot 35 eitjes aan de onderkant van het blad bij voorkeur dicht bij de nerven. De gemiddelde levenscyclus van de roofmijt duurt bij de meest gunstige omstandigheden 8 tot 12 dagen. Totaal doorloopt de roofmijt vijf stadia. Amblyseius andersoni is niet gevoelig voor diapauze en al actief bij temperaturen boven de 14°C. Optimale ontwikkelingstemperatuur ligt tussen de 20°C en 28°C. De roofmijt is zeer gevoelig voor een vochtigheid lager dan 65%. 

Raadpleeg voor de algemene gebruiksinstructie voor natuurlijke vijanden het kennisbankartikel

Los materiaal:   

• Afhankelijk van de plaag druk wordt de dosering bepaald, deze varieert van 20 tot 100 roofmijten per m2.
• Introductie van roofmijten herhalen afhankelijk van het gewas en plaagdruk.
• Interval van vier tot zes weken.
• Het materiaal kan handmatig of met behulp van Unimite verdeelsysteem worden verdeeld.

Zakjes:

• Afhankelijk van het gewas en plaagdruk worden het aantal zakjes per 1000m2 bepaald.
• Scheur de zakjes van elkaar langs de perforaties.
• Maak een goede verdeling in het gewas.
• Voor een optimale verdeling dienden de planten elkaar te raken. Zodat ze van de ene naar de plant over kunnen lopen.
• Herhaal de introductie binnen vier tot zes weken.

Amblyseius andersoni wordt veelal geleverd onder de naam ANDERcontrol en is verkrijgbaar in diverse verpakkingen en samenstellingen:

• Strooimateriaal
  • ANDERcontrol
    • Koker met 25.000 of zak van 125.000 roofmijten
    • Draagstof vermiculite en zemelen

• Zakjes met haak
  •    ANDERcontrol
    • Doos van 500 zakjes en 200 mini zakjes 
    • Bevat zemelen, vermiculite, roofmijten en voermijten

De roofmijten moeten na levering zo snel mogelijk worden ingezet in het gewas. De mijten produceren warmte en CO2 en bij hoge temperaturen zullen ze bij langdurige opslag sterk in kwaliteit en kwantiteit achteruitgaan. Als direct inzetten niet mogelijk is moeten ze gekoeld worden om hoge temperaturen in de zakken te voorkomen. De optimale temperatuur bij opslag is 15-18°C bij 80% Relatieve Luchtvochtigheid.

Raadpleeg hier het kwaliteitsprotocol voor roofmijten

Staat je antwoord er niet bij? Vul het contactformulier in en Kevin van Kester neemt contact met je op. Op werkdagen zelfs binnen 24 uur.