Nadelen van ruimtebehandeling
Toch heeft ruimtebehandeling ook een aantal nadelen: zo komen gewasbeschermingsmiddelen alleen op de bovenkant van het blad terecht, is ruimtebehandeling niet geschikt voor alle soorten gewasbeschermingsmiddelen en moet tijdens een ruimtebehandeling de kas gesloten zijn.
Middel raakt alleen bovenzijde blad
Bij foggen en LVM-en wordt een gewasbeschermingsmiddel verneveld, waarna de kleine druppels neerdwarrelen op het gewas. Hierdoor komt het middel alleen terecht op de bovenzijde van het blad. Plagen die zich aan de onderkant van het blad bevinden (zoals larven van de witte vlieg of jonge rupsen) kan je met ruimtebehandeling dus niet algeheel bestrijden.
Verschillen in middelen
Gewasbeschermingsmiddelen worden onderverdeeld in verschillende soorten middelen met elk een andere werking. Een ruimtebehandeling leent zich voor middelen die een contactwerking hebben (fungicide/insecticide). Een ruimtebehandeling met systemische en/of translaminaire middelen is niet mogelijk, omdat de kleinere druppels snel opdrogen en het middel niet de tijd krijgt om zich in te trekken in de plant.
Korte termijn vs. lange termijn
Het kan zijn dat een middel naast een systemische, ook een directe contactwerking heeft. Indien deze middelen via een ruimtebehandeling worden toegepast, dan worden de organismen die niet direct zijn afgedood door direct contact, later blootgesteld aan te lage concentraties in de plant. Dit werkt resistentie in de hand. Voor de korte termijn mag het voordeel van de meer arbeidsvriendelijk ruimtebehandeling niet leiden tot het ontstaan van resistentie, waardoor middelen niet meer werken.
Gesloten kas
Een ruimtebehandeling met een Pulsfog of een Enbar LVM kan alleen plaatsvinden in een gesloten kas met redelijk windstil weer, zodat het gewasbeschermingsmiddel niet buiten de kas terecht komt, of slecht verdeeld wordt in de ruimte van de kas. Daarnaast is het van belang dat de kas voor én na de behandeling een aantal uur dicht blijft. Dit is een nadeel in de zomer, omdat de luchtramen dan vaak om klimaatredenen open moeten staan.
Temperatuur is een andere factor die je onder controle moet houden, om condensatie te voorkomen. Condensatie ontstaat doordat enerzijds de plant aan het einde van de dag nog warm is en anderzijds de ruimtetemperatuur sneller omlaag gaat dan de planttempratuur bij ondergaande zon. Condensatie veroorzaakt afdruip naar bladranden of lage delen in een gewas. Tijdens het afdruipen kunnen nog niet opgedroogde druppeltjes meegenomen worden, waardoor er een te hoge concentratie kan ontstaan van het middel, wat schade kan veroorzaken. Ook guttatie kan zorgen voor afdruip. Bij guttatie is de worteldruk hoger dan dat de plant met verdampen kan bijhouden. Het water wat bij overdruk “uitgezweet” wordt, zorgt ook voor afdruip.
Arbeid
Daarnaast mogen er tijdens een ruimtebehandeling geen mensen in de kas aanwezig zijn. Aangezien er tijdens werkdagen mensen in de kas aanwezig zijn, is dit dus vaak avond- of weekendwerk. Op grote bedrijven wordt daarentegen vaak wel gespoten wanneer personen in de kas aanwezig zijn, maar dan in andere delen van de kas. Houd altijd voldoende afstand en houd je aan de herbetredingstijd die op het etiket vermeld wordt.
Ventilatoren
Om te kunnen LVM-en, heb je ventilatoren nodig die de nevel gelijkmatig door het gewas verspreiden. Het is van belang om voor en na de ruimtebehandeling de lucht te circuleren. Nadat het middel goed in de ruimte verdeeld is, zetten we de ventilatoren uit en moet het middel op/in het gewas zakken. Dit vergt dus enige tijd. Indien er (extra) ventilatoren moeten worden aanschaft, zorgt dat voor een grotere investering. Anderzijds scheelt het wel weer in de arbeidskosten.
Toedieningstechnieken afwisselen
Ruimtebehandeling heeft dus voor- en nadelen. Ons advies? Wissel de verschillende toedieningstechnieken én gewasbeschermingsmiddel met elkaar af. Op deze manier combineer je de voordelen van de technieken, waardoor je uiteindelijk het beste resultaat kan behalen: zowel qua bestrijding als qua arbeidsbesparing