Home > Kennisbank​​​​

Bruinrot komt voornamelijk voor in een klimaat met warme en vochtige omstandigheden. Deze omstandigheden bevorderen vermeerdering van de bacterie. Enkele symptomen van een besmetting met bruinrot zijn verwelking, verkleuring van de stengel naar een bruine kleur, zichtbaar bacterieslijm bij het doorsnijden van bijvoorbeeld de stengel en afsterving van scheuten met als gevolg het sterven van de hele plant. De bruinrot bacterie kan in veel verschillende bodemsoorten overleven. Intreding vindt plaats via de wonden en huidmondjes van een plant, waarna de bruinrot bacterie zich verplaatst naar de xyleemvaten. De wonden worden veelal veroorzaakt door wortelknobbelaaltjes, die een parasitaire werking uitoefenen op de planten.

De bacterie Ralstonia solanacearum kent verschillende varianten (races) met elk zijn eigen waardplanten en kenmerken:

• Ras 1: dit is een tropische variant en komt dan ook in kassen voor;
• Ras 2 biovar 1: dit heeft een beperkter gastheerbereik dan ras 1 en beperkt zich meestal tot tropische omgevingen. 
• Ras 3 biovar 2: dit is vooral bekend als veroorzaker van bruinrot in aardappel. Dit ras is kouder en komt voornamelijk voor in tropische hooglanden en gematigde gebieden. Naast aardappel komt dit ras ook voor in tomaat en geranium. Op verschillende plaatsen in Nederland komt het ook in het oppervlaktewater voor.
  

Voorkomen is beter dan genezen. Daarom dien je verschillende hygiënemaatregelen te nemen om besmetting met bruinrot te voorkomen. LTO glaskracht heeft een advieskaart opgesteld met betrekking tot de aandachtspunten om besmetting te voorkomen. Zorg er daarnaast altijd voor dat bij binnenkomst op het bedrijf aan de hygiënemaatregelen wordt voldaan.

Staat je antwoord er niet bij? Vul het contactformulier in en Leonie van Rooijen neemt contact met je op. Op werkdagen zelfs binnen 24 uur.