Shop
Kennisbank
Mechanisatie
Spuittechniek
Hoe gebruik en onderhoud je een Pulsfog?Hoe gebruik en onderhoud je een Pulsfog?

Geschreven door Frank Schoenmakers | Laatste update: 28-12-2021
Met een Pulsfog voer je snel en eenvoudig ruimtebehandelingen. Dit apparaat is zeer effectief bij insectenbestrijding. Bij het gebruik van een Pulsfog is het belangrijk dat je rekening houdt met een aantal aandachtspunten zoals: maak alleen gebruik van benzine van normale kwaliteit en laat de motor proefdraaien voordat je aan de slag gaat. Wil je het beste resultaat bereiken met de Pulsfog en wil je dat hij langer meegaat? Maak dan gebruik van het stappenplan en onderhoud de Pulsfog op de juiste manier.
Bij het gebruik van een Pulsfog moet je rekening houden met een aantal punten. Besteed aandacht aan:
Startvoorbereidingen
Voordat je start met de ruimtebehandeling, moet je een aantal voorbereidingen treffen. Vul eerst de benzinetank met schone benzine. Gebruik hiervoor geen superbenzine, maar benzine van normale kwaliteit. Gebruik bij het vullen van de tank de benzinemaatbeker met zeef.
Let op: begin een ruimtebehandeling met de Pulsfog nooit met minder dan een halve tank benzine. De maximale brandstofcapaciteit is voldoende voor het leegmaken van de vloeistoftank.
Laat dan de motor kort proefdraaien en zet deze weer stil. Werkt de motor goed, dan kan je de vloeistoftank gaan vullen. Doe dit als volgt:
- Open de tankdop.
- Neem de slang uit de tank en hang deze via de doseersproeier op aan de nevelpijp.
- Maak de tankhouder los en neem de grondstoftank eruit met de opening naar boven.
- Vul de vloeistoftank. Deze mag met maximaal 9 liter vloeistof worden gevuld.
- Gebruik voor het vullen de invultrechter met zeef.
- Bevestig de tank na het vullen voorzichtig weer aan het toestel.
- Schroef de tankdop met slangdoorvoer dicht.
Controleer dan of de doseersproeiers goed zijn vastgedraaid en aangetrokken. Als deze niet goed vast zitten, dan kunnen er namelijk door de tankdruk giftige stoffen op het gezicht en lichaam worden gespoten.
Motor starten
Na het treffen van de startvoorbereidingen, kan je starten met vernevelen. Start hiervoor eerst de motor. Dit doe je als volgt:
- Draai de vloeistofkraan op positie ‘dicht’.
- Draai de stelschroef voor benzine op de carburateur open tot aan de startpositie. Dit is ongeveer 1/3 slag, bij een heet toestel 2/3 slag. Let op: als je de stelschroef te ver open draait, krijgt de motor teveel benzine en kan de carburateur verzuipen.
- Pomp de luchtbal langzaam en meerdere malen met je linkerhand totdat de motor start. Houd de luchtbal enkele seconden lang omlaag gedrukt om de ontsteking te verlengen. Let op: druk de luchtbal bij een volle benzinetank niet sterk in, want dan kan de startcarburateur overstromen.
- Is de motor gestart, regel dan de stelschroef op de carburateur na tot de motor met krachtige, diepe toon draait. Meestal moet je de stelschroef hiervoor verder openen. Laat de motor vervolgens een minuut warmdraaien. Let op: maakt de motor een hoge, heldere toon? Dit wijst op een zwak motorvermogen en oververhitting, met als gevolg te grote druppels en/of overdosering.
Video
Starten met vernevelen
Om te starten met vernevelen, draai je de vloeistofkraan open. De Pulsfog start dan direct met vernevelen. Tijdens het vernevelen kan de motorfrequentie onder last iets veranderen. Stel in dat geval de carburateur opnieuw in. In de meeste gevallen doe je dit door de stelschroef nog iets verder te openen. Wil je het vernevelen onderbreken terwijl de motor draait, sluit de vloeistofkraan dan.
Voorkom lucht in de benzineleiding
Tijdens het vernevelen verbruikt de Pulsfog benzine. Is het benzineniveau gedaald tot 1/4 of minder, houd het toestel dan zo steady mogelijk en richt de Pulsfog dan niet meer dan 45⁰ naar boven of naar beneden. Zo voorkom je dat er lucht in de benzineleiding wordt aangezogen. Een luchtbel kan er namelijk voor zorgen dat de motor stopt.
Video
Stoppen met vernevelen in de Pulsfog
Wil je het vernevelen stoppen, ga dan als volgt te werk:
- Maak de sluiting aan de tank los en wacht tot het toestel stopt met nevelen.
- Sluit dan de vloeistofkraan.
- Stop de motor door de stelschroef op de carburateur dicht te draaien. Let op: stop de motor nooit voordat de vloeistofkraan is gesloten. Doe je dit wel, dan stroomt de resterende neveloplossing in de tank verder naar de hete nevelpijp. Hier kan de vloeistof ontsteken, of er kunnen zwarte roetwolken ontstaan die de bougie of de carburateur verontreinigen.
Video