Turkse mot Chrysodeixis chalcites is één van de meest voorkomende plagen in de glastuinbouw. De mot komt voor in verschillende groente- en sierteeltgewassen. De schade is voornamelijk te zien aan het blad van het gewas, waar de Turkse mot zich mee voedt. In de vruchtgroenten richt de plaag ook schade aan de vruchten aan. In sierteelt worden ook bloemen aangevreten.
Kevin van Kester Productspecialist Quality Controller | 07 december 2020 | 3 min. lezen
Turkse mot herkennen
De Turkse mot heeft een bruingoud, harig lichaam van 40 mm lang. De parelmoerkleurige druppelvormige stippen op de voorvleugels en de harige pluim op zijn rug zijn kenmerkend voor de Turkse mot. Verder beschikt de mot over twee lange antennes. Ze hebben een spanwijdte van ongeveer 30-45 mm.
Levenscyclus van de Turkse mot
De Turkse mot doorloopt verschillende stadia van ei tot mot. Het eerste stadium is een wit bolvormig ei. De motten leggen de eieren verspreid en los van elkaar voornamelijk aan de onderkant van de bladeren. Vervolgens komen de rupsen van de mot uit. De eerste schade die de jonge rupsen veroorzaken is vaak venstervraat. De rupsen vreten de onderste laag van het blad weg waardoor er doorschijnende plekken in het blad ontstaan. Ook de rups van de mot doorloopt diverse stadia. De rups heeft een groen kopkapsel en is groengeel van kleur. Aan de zijkant heeft de rups een licht geelachtige streep. De rups heeft 2 paar buikpoten en beweegt als een spanrups. In een nog later stadium is de rups ongeveer 40 mm lang. De rupsen vervellen 4 tot 5 keer.
Nadat de rupsen volledig zijn uitgegroeid, vestigen zij zich in hun donkerbruine of lichtgroene cocon aan de onderkant van een blad, in rijpende trossen en andere kasmaterialen. Na 1 á 2 weken verpopt de rups zich uiteindelijk in een mot. De mot leeft slechts anderhalve week, maar legt in deze tijd veel eitjes en brengt flinke schade aan.
Signaleren van Turkse mot
Voor het signaleren van Turkse mot kun je gebruik maken van feromoonvallen met daarin een deltacapsule of vanglampen. Deze feromoonvallen lokken de volwassen mannetjes, waarna ze in de val terecht komen. Soms zijn op signaalplaten ook motten waar te nemen.
Turkse mot bestrijden
Voor het bestrijden van Turkse mot kun je gebruik maken van zowel biologische als chemische gewasbeschermingsmiddelen. Lees hieronder meer.
Biologisch Turkse mot bestrijden
Bij een hogere temperatuur legt het vrouwtje meer eitjes. Het is dus van belang om de temperatuur in de kas onder controle te houden. Voor het biologisch bestrijden van Turkse mot kun je verder gebruik maken van sluipwespen, roofwantsen en bacteriepreparaten.
TRICHOocontrol (Trichogramma achaeae): Dit is een sluipwesp die de eieren van een breed scala aan vlinders en motten parasiteert. Hierdoor krijgen de eieren niet de kans om uit te groeien tot rupsen en wordt de rupsenpopulatie al binnen een aantal weken teruggedrongen. De Trichogramma achaeae kan ingezet worden in de groente- en sierteelt.
Xentari (Bacillus thuringiensis subspecies aizawai): Zodra de rups dit middel binnenkrijgt stopt hij vrij snel met eten waardoor hij dood gaat.
Lepinox(Bacillus turingiensis var. Kurstaki): Zodra de rups dit middel binnenkrijgt stopt hij vrij snel met eten waardoor hij dood gaat.
MACROcontrol (Macrolophus pygmaeus): MACROcontrol kan een bijdrage leveren door het opeten van motteneitjes.
Chemisch Turkse mot bestrijden
Het bestrijden van Turkse mot met behulp van chemische middelen is de afgelopen jaren lastiger geworden. Dit komt door het geringe aanbod van chemische middelen die motten bestrijden.
Voor het bestrijden van rupsen is het effectief om te spuiten. Een mot heeft meerdere stadia en de eerste stadia zijn het gevoeligst voor chemische middelen. Probeer daarom chemische bestrijdingsmiddelen tegen de jonge rupsen toe te passen.
Motten bevinden zich vaak aan de onderkant van het blad. Kies daarom voor de juiste spuittechniek om de plaag zo goed mogelijk te raken.
Voor een overzicht van alle toegelaten middelen voor jouw teelt, kun je gebruik maken van de Adviesgenerator.
Turkse mot Chrysodeixis chalcites is één van de meest voorkomende plagen in de glastuinbouw. De mot komt voor in verschillende groente- en sierteeltgewassen. De schade is voornamelijk te zien aan het blad van het gewas, waar de Turkse mot zich mee voedt. In de vruchtgroenten richt de plaag ook schade aan de vruchten aan. In sierteelt worden ook bloemen aangevreten.
Zoek in de Kennisbank
Vind antwoord op je vraag in onze kennisbank. 600+ artikelen, geschreven door onze specialisten.
De Turkse mot heeft een bruingoud, harig lichaam van 40 mm lang. De parelmoerkleurige druppelvormige stippen op de voorvleugels en de harige pluim op zijn rug zijn kenmerkend voor de Turkse mot. Verder beschikt de mot over twee lange antennes. Ze hebben een spanwijdte van ongeveer 30-45 mm.
Levenscyclus van de Turkse mot
De Turkse mot doorloopt verschillende stadia van ei tot mot. Het eerste stadium is een wit bolvormig ei. De motten leggen de eieren verspreid en los van elkaar voornamelijk aan de onderkant van de bladeren. Vervolgens komen de rupsen van de mot uit. De eerste schade die de jonge rupsen veroorzaken is vaak venstervraat. De rupsen vreten de onderste laag van het blad weg waardoor er doorschijnende plekken in het blad ontstaan. Ook de rups van de mot doorloopt diverse stadia. De rups heeft een groen kopkapsel en is groengeel van kleur. Aan de zijkant heeft de rups een licht geelachtige streep. De rups heeft 2 paar buikpoten en beweegt als een spanrups. In een nog later stadium is de rups ongeveer 40 mm lang. De rupsen vervellen 4 tot 5 keer.
Nadat de rupsen volledig zijn uitgegroeid, vestigen zij zich in hun donkerbruine of lichtgroene cocon aan de onderkant van een blad, in rijpende trossen en andere kasmaterialen. Na 1 á 2 weken verpopt de rups zich uiteindelijk in een mot. De mot leeft slechts anderhalve week, maar legt in deze tijd veel eitjes en brengt flinke schade aan.
Signaleren van Turkse mot
Voor het signaleren van Turkse mot kun je gebruik maken van feromoonvallen met daarin een deltacapsule of vanglampen. Deze feromoonvallen lokken de volwassen mannetjes, waarna ze in de val terecht komen. Soms zijn op signaalplaten ook motten waar te nemen.
Turkse mot bestrijden
Voor het bestrijden van Turkse mot kun je gebruik maken van zowel biologische als chemische gewasbeschermingsmiddelen. Lees hieronder meer.
Biologisch Turkse mot bestrijden
Bij een hogere temperatuur legt het vrouwtje meer eitjes. Het is dus van belang om de temperatuur in de kas onder controle te houden. Voor het biologisch bestrijden van Turkse mot kun je verder gebruik maken van sluipwespen, roofwantsen en bacteriepreparaten.
TRICHOocontrol (Trichogramma achaeae): Dit is een sluipwesp die de eieren van een breed scala aan vlinders en motten parasiteert. Hierdoor krijgen de eieren niet de kans om uit te groeien tot rupsen en wordt de rupsenpopulatie al binnen een aantal weken teruggedrongen. De Trichogramma achaeae kan ingezet worden in de groente- en sierteelt.
Xentari (Bacillus thuringiensis subspecies aizawai): Zodra de rups dit middel binnenkrijgt stopt hij vrij snel met eten waardoor hij dood gaat.
Lepinox(Bacillus turingiensis var. Kurstaki): Zodra de rups dit middel binnenkrijgt stopt hij vrij snel met eten waardoor hij dood gaat.
MACROcontrol (Macrolophus pygmaeus): MACROcontrol kan een bijdrage leveren door het opeten van motteneitjes.
Chemisch Turkse mot bestrijden
Het bestrijden van Turkse mot met behulp van chemische middelen is de afgelopen jaren lastiger geworden. Dit komt door het geringe aanbod van chemische middelen die motten bestrijden.
Voor het bestrijden van rupsen is het effectief om te spuiten. Een mot heeft meerdere stadia en de eerste stadia zijn het gevoeligst voor chemische middelen. Probeer daarom chemische bestrijdingsmiddelen tegen de jonge rupsen toe te passen.
Motten bevinden zich vaak aan de onderkant van het blad. Kies daarom voor de juiste spuittechniek om de plaag zo goed mogelijk te raken.
Voor een overzicht van alle toegelaten middelen voor jouw teelt, kun je gebruik maken van de Adviesgenerator.